[PWC-MEDIA] Persbericht. Onafhankelijk geneesmiddelenonderzoek staat onder druk

  • From: <UMCStRadboud@xxxxxxx>
  • To: <UMCStRadboud@xxxxxxx>
  • Date: Tue, 13 Mar 2012 12:27:27 +0100

                                                                            

 

 

 

PERSBERICHT

Nijmegen, 13 maart 2012

 

 

Balans van belangen is op termijn het meest profijtelijk voor iedereen

 

Onafhankelijk geneesmiddelenonderzoek staat onder druk

 

Onafhankelijk onderzoek naar geneesmiddelen komt steeds verder onder druk te 
staan, stelt Gerard Rongen in zijn oratie als hoogleraar Translationeel 
cardiovasculair onderzoek van het UMC St Radboud. Bij onderzoek naar nieuwe 
geneesmiddelen heeft de industrie vrijwel een monopolie tot aan de 
marktintroductie. Daarnaast stellen subsidiegevers samenwerking met de 
industrie steeds vaker als voorwaarde en geldt (toekomstige) werkgelegenheid 
voor de overheid steeds vaker als criterium voor onderzoeksfinanciering. Rongen 
pleit voor een herstel van de balans, omdat dit op termijn voor alle 
betrokkenen - inclusief de patiënt - tot de beste resultaten leidt.

 

 

Patiënten vragen altijd om betere, effectievere en nog betrouwbaardere 
geneesmiddelen. "Die vraag stimuleert de ontwikkeling van nieuwe 
geneesmiddelen", zegt Gerard Rongen, hoogleraar Translationeel cardiovasculair 
onderzoek aan het UMC St Radboud. "Maar de huidige en toekomstige patiënten - 
wij allemaal dus - financieren die zoektocht via de belastingen, de premies 
voor de ziektekosten en de giften aan collectebusfondsen. De patiënten zijn dus 
de klant van het medisch onderzoek en belangrijkste belanghebbende. Deze klant 
wil een goede behandeling van zijn ziekte en ongemakken, die berust op 
betrouwbare informatie."

 

Tweede agenda

De drie belangrijkste spelers in de geneesmiddelenontwikkeling - de overheid, 
de industrie en de universitaire onderzoekers - vinden elkaar in dat primaire 
doel: het zoeken naar werkzame en liefst betaalbare medicijnen. Rongen: "Maar 
daarnaast hebben deze partijen allemaal ook een eigen, tweede agenda. De 
overheid mikt vooral op werkgelegenheid. De industrie zoekt zoveel mogelijk 
naar kostenefficiëntie, naar maximale opbrengst tegen minimale kosten. En 
onderzoekers willen zich op de kaart zetten met publicaties in toptijdschriften 
die vaak worden geciteerd. Die tweede agenda is geen probleem, zolang er maar 
een goede balans tussen de verschillende belangen bestaat."

 

Belangen in balans

In zijn oratie stelt Rongen dat aan zeker twee zaken moet worden voldaan om die 
belangen zoveel mogelijk in balans te houden. Op de eerste plaats moeten 
academische wetenschappers potentiële nieuwe geneesmiddelen al in de 
ontwikkelfase kunnen onderzoeken, zónder vetorecht van de industrie. Daarnaast 
moet het academisch onderzoek financieel onafhankelijk zijn uit te voeren.

Rongen signaleert dat er aan beide punten iets schort: "De industrie heeft in 
feite een monopolie in het hele ontwikkeltraject tot aan de registratie en de 
marktregistratie van het nieuwe geneesmiddel. Academisch onderzoek staat in 
deze fase vrijwel buitenspel. Daarnaast wordt onafhankelijk academisch 
onderzoek naar geneesmiddelen, los van de industrie, sowieso steeds lastiger. 
Subsidieverstrekkers stellen samenwerking met de industrie steeds vaker als 
voorwaarde. En bij het toekennen van onderzoeksgeld laat de overheid - via het 
ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie - steeds meer de tweede 
agenda van de werkgelegenheid meewegen. Dat is geen positieve ontwikkeling."

 

Desastreuze gevolgen

Daarom pleit Rongen in zijn oratie voor een herstel van de balans. "Industrie, 
werkgelegenheid en economie hebben uiteindelijk ook baat bij onafhankelijk 
onderzoek. Want het gaat in de eerste en laatste plaats om een geloofwaardig 
product, een betrouwbaar geneesmiddel. De afgelopen decennia hebben we al 
diverse keren kunnen zien hoe desastreus de gevolgen voor industrie, 
werkgelegenheid en economie zijn als een geneesmiddel zijn geloofwaardigheid 
verliest. Wanneer een potentieel geneesmiddel in een vroeg stadium ook door 
partijen met verschillende belangen onafhankelijk van elkaar wordt onderzocht, 
is de kans groot dat er een breder en genuanceerder beeld van dat geneesmiddel 
ontstaat. Patiënten willen niet alleen weten wat een geneesmiddel doet, maar 
ook welke bijwerkingen mogelijk zijn. Onafhankelijk onderzoek draagt daar 
absoluut aan bij."

 

Veelbelovende enzymremmer

Rongen presenteert een aantal voorbeelden uit zijn eigen vakgebied, de hart- en 
vaatziekten. Zeer actueel is de ontwikkeling van een veelbelovende enzymremmer 
die nu door de industrie wordt getest. Rongen: "Deze remmer blokkeert een 
belangrijke ontstekingsreactie in de bloedvaten, waardoor het risico op 
slagadervernauwing, trombose en hersen- en hartinfarcten afneemt. 
Epidemiologisch onderzoek en onderzoek in dieren laten goede resultaten zien. 
Op dit moment wordt in een grootschalig onderzoek bij de mens onderzocht of het 
middel inderdaad doet wat het lijkt te doen. Het kan echt een prachtig medicijn 
worden."

 

Minder kans, meer schade?

Uit dieronderzoek is echter bekend dat de remming van het enzym nog een ander 
effect heeft: het maakt hart- en hersenweefsel gevoeliger voor zuurstoftekort. 
Rongen: "Wellicht krijgen minder mensen een hartinfarct als ze met dit middel 
worden behandeld, maar wie dan toch nog een infarct krijgt loopt mogelijk het 
risico dat er bij hem meer hartspierweefsel afsterft dan normaal." Rongen stelt 
voor om dit aspect alsnog mee te nemen in de grootschalige studie, maar dat 
gebeurt niet.

"Of mijn zorg over de veiligheid van dit middel terecht is, komen we voorlopig 
niet te weten", zegt Rongen. "Maar het voorbeeld geeft ook aan hoe ingewikkeld 
het is om de risico's in te schatten van een onderzoek met een geheel nieuwe 
klasse van geneesmiddelen. En hoe belangrijk het is dat het onderzoeksprotocol 
door onderzoekers met een verschillende achtergrond wordt beoordeeld."

 

 

Noten voor de redactie:

 

Gerard Rongen is hoogleraar Translationeel cardiovasculair onderzoek aan het 
UMC St Radboud. Hij spreekt zijn oratie uit op vrijdag 16 maart 2012 om 15:45 
uur. Titel: Een proef over-leven.

De oratie van prof. Gerard Rongen wordt voorafgegaan door het symposium 
Translational Cardiovascular Research 
<http://paoheyendael.aride.nl/media/12517/042107_folder_translational_cardiovascular_research.pdf>
  met als sprekers dr. Niels Riksen (Nijmegen), prof. John Floras (Toronto, 
Canada), Prof. Jan de Hoon (Leuven, België) en mrs. prof. Tabassome Simon 
(Parijs, Frankrijk).

 

ompared with 

Persvoorlichters bij het UMC St Radboud: 024-3618910, buiten kantooruren 06 - 
51291446.

E-mailadres voor de media: umcstradboud@xxxxxxx
Volg ons ook op twitter <http://twitter.com/umcnpress> 

Klik hier voor meer persberichten 
<http://www.umcn.nl/OverUMCstRadboud/NieuwsEnMedia/Nieuws/Pages/default.aspx>  
van het UMC St Radboud

Wilt u onze persberichten niet ontvangen? Stuur een mailtje naar 
umcstradboud@xxxxxxx




Het UMC St Radboud staat geregistreerd bij de Kamer van Koophandel in het 
handelsregister onder nummer 41055629.
The Radboud University Nijmegen Medical Centre is listed in the Commercial 
Register of the Chamber of Commerce under file number 41055629.

JPEG image

Other related posts:

  • » [PWC-MEDIA] Persbericht. Onafhankelijk geneesmiddelenonderzoek staat onder druk - UMCStRadboud