[PWC-MEDIA] PERSBERICHT - LNVH MONITOR VROUWELIJKE HOOGLERAREN 2019: STIJGING PERCENTAGE VROUWELIJKE HOOGLERAREN NOOIT EERDER ZO HOOG, PERCENTAGE VROUWELIJKE UHD'S DAALT.

  • From: "Poorthuis, L. [Lidwien]" <poorthuis@xxxxxxx>
  • To: "'pwc-media@xxxxxxxxxxxxx'" <pwc-media@xxxxxxxxxxxxx>
  • Date: Thu, 12 Dec 2019 15:02:41 +0000

Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren (LNVH)
Winthontlaan 2
Postbus 3021 3502 GA Utrecht

PERSBERICHT - ONDER EMBARGO TOT 12 DECEMBER 16H

12 december 2019
LNVH MONITOR VROUWELIJKE HOOGLERAREN 2019: STIJGING PERCENTAGE VROUWELIJKE 
HOOGLERAREN NOOIT EERDER ZO HOOG, PERCENTAGE VROUWELIJKE UHD'S DAALT.
Bijna één op de vier hoogleraren vrouw
Nederland telt 23,1% vrouwelijke hoogleraren, zo blijkt uit de Monitor 
Vrouwelijke Hoogleraren 2019 die op 12 december door het Landelijk Netwerk 
Vrouwelijke Hoogleraren werd gepresenteerd in Nieuwspoort, Den Haag. Bijna één 
op de vier hoogleraren is vrouw. Daarmee is er nog altijd sprake van een grote 
oververtegenwoordiging van mannen in de hoogste echelons van de wetenschap en 
staat Nederland op plek 24 van de 28 EU-landen. Het zal nog tot 2042 duren 
voordat er evenredigheid zal zijn bereikt, zo liet het LNVH berekenen.

Ongekend hoog groeipercentage vrouwelijke hoogleraren
De groei van het percentage vrouwelijke hoogleraren nam ten opzichte van de 
Monitor 2018 toe met 2,2 procentpunt. Dat is het hoogst gemeten groeipercentage 
sinds het bijhouden van de cijfers door het LNVH. Er zijn ultimo 2018 3.350 
hoogleraren werkzaam aan de Nederlandse universiteiten. Daarvan zijn er 2.605 
man en 745 vrouw. Eind 2018 kwamen er per saldo 125 bij, waarvan 94 vrouwen en 
31 mannen. De aanzienlijke stijging van het aandeel vrouwelijke hoogleraren is 
mede veroorzaakt door de Westerdijk Talent Impuls van het ministerie van OCW, 
waarmee in een jaar tijd 100 extra hoogleraren werden aangesteld in het kader 
van de viering van de benoeming van Johanna Westerdijk als eerste vrouwelijke 
hoogleraar in Nederland, in 2017 precies 100 jaar geleden.
Afname aandeel vrouwen bij elke stap wetenschappelijke carrièreladder
Van de studenten die afstuderen aan de Nederlandse universiteiten is meer dan 
de helft vrouw (53,9%). Bij de promovendi is 43% vrouw en bij universitair 
docenten 41,8%; van de universitair hoofddocenten is 28,4% vrouw en van de 
hoogleraren 23,1%. Daarmee neemt het aandeel vrouwen per stap op de 
carrièreladder nog altijd drastisch af.
Kweekvijver leeggevist?
Daar waar in de Monitor 2018 een groei van het aandeel vrouwen in alle 
functiecategorieën te zien was, daalt ultimo 2018 het aandeel vrouwelijke 
universitair hoofddocenten. Het lijkt een rechtstreeks effect van het versneld 
en artificieel omhoog brengen van het percentage vrouwelijke hoogleraren in het 
Westerdijkjaar. Het 'leegvissen' van de pool met vrouwelijke UHD's is zeker 
iets dat aandacht behoeft, willen we een evenredige m/v-verdeling binnen alle 
functiecategorieën bereiken. Het LNHV roept universiteiten dan ook op niet 
alleen te sturen op de percentages vrouwelijke hoogleraren, maar ook te kijken 
naar de doorstroom van UD naar UHD.
Uitstroom door emeritaat biedt ruime mogelijkheden nabije toekomst
Bij de mannen is er een sterke aanwas te zien in de leeftijdscategorie 55-65 
jaar en een afname in de leeftijdscategorie tot 55 jaar. Dit betekent dat er 
zich in de komende jaren een grote uitstroom aandient van mannen die met 
emeritaat gaan; dit biedt mooie kansen voor het benoemen van vrouwen op deze 
posities. Het LNVH rekent voor dat 77% van de uitstroom door emeritaat (mannen 
en vrouwen) vervangen kan worden door vrouwelijke UHD's met 
'hoogleraarpotentie'.
Vrouwelijke wetenschapper een grotere contractomvang, maar in lagere 
salarisschalen
In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, hebben vrouwelijke hoogleraren met 
0,87 fte gemiddeld een grotere contractomvang dan de mannen met 0,83 fte. 
Kijken we naar salaris dan zijn vrouwen nog altijd systematisch lager 
ingeschaald in de schalen dan hun mannelijke collega's. Zo steeg het aandeel 
vrouwen in de salarisgroepen 15-16 dat in lagere schalen is ingeschaald van 
73,7% ultimo 2017 naar 76,1% ultimo 2018.
Percentages vrouwelijke hoogleraren per universiteit lopen sterk uiteen
Aan bijna alle Nederlandse universiteiten is het aandeel vrouwelijke 
hoogleraren gestegen. Alleen bij Wageningen University daalt het percentage 
licht. De eerste plek in de ranking wordt ingenomen door de Open Universiteit 
(34,7%), gevolgd door de Universiteit Leiden (29,7%), Maastricht University 
(29,7%) en de Radboud Universiteit Nijmegen (29,3%). De Erasmus Universiteit 
Rotterdam is hekkensluiter met 14,5% vrouwelijke hoogleraren.
Opvallend sterke groei bij aantal universiteiten
De plek in de ranking zegt echter niet alles. Belangrijk is het te kijken naar 
de groei die percentages vrouwelijke hoogleraren ultimo 2017 op ultimo 2018 
doormaakten per instelling. 7 van de 14 universiteiten tonen een hoger 
groeipercentage dan het gemiddelde groeipercentage van 2,2 procentpunt. 
Uitschieters daarin zijn Maastricht University (5,2), de Open Universiteit 
(4,2), de Universiteit Utrecht (3,0) en ook de Technische Universiteit 
Eindhoven en de Universiteit Twente met 2,8 procentpunt.
Streefcijfers Nederlandse universiteiten
In 2015 hebben alle Nederlandse universiteiten streefcijfers geformuleerd voor 
het aandeel vrouwelijke hoogleraren in 2020 om daarmee de doorstroom van 
vrouwelijke wetenschappers te versnellen. 5 van de 14 universiteiten hebben hun 
streefcijfers inmiddels behaald. Het LNVH berekende op basis van de gemiddelde 
groei in de afgelopen twee jaar, dat het voor alle universiteiten mogelijk is 
om hun streefcijfers te behalen, behalve voor Wageningen University en de 
Erasmus Universiteit Rotterdam. Het naar buiten brengen van de streefcijfers 
door de universiteiten - en daarmee het maken van een gezamenlijke vuist voor 
het verbeteren van de positie van vrouwen in de wetenschap is nog altijd 
broodnodig. Er zijn door de universiteiten nog geen gezamenlijke streefcijfers 
naar buiten gebracht voor 2025. Het LNVH dringt hier echter sterk op aan en zet 
in op een gezamenlijk statement voor 2020-2025.

Vrouwelijke hoogleraren binnen de umc's
Het totale percentage vrouwelijke hoogleraren aan de umc's is met 24,9% hoger 
dan dat aan de universiteiten (23,1%). Aan alle umc's is een stijging te zien 
van het percentage vrouwelijke hoogleraren, behalve aan het Erasmus Medisch 
Centrum (-0,1%). VUmc gaat aan kop met 29,7% vrouwelijke hoogleraren.
Ontwikkelingen in bestuur en toezicht
In de Colleges van Bestuur van de universiteiten wordt 40,5% van de posities 
door vrouwen bekleed. Daarmee stijgt dat percentage met 6,4% ten opzichte van 
vorig jaar. Kijken we naar de Raden van Toezicht dan komt het percentage 
vrouwen op 38,6%, een stijging van 0,9% ten opzichte van vorig jaar. Bij de 
umc's steeg het percentage vrouwen in de Raden van Bestuur met 5,8 procentpunt 
naar 37,9 en het percentage vrouwen in de Raden van Toezicht met 6,4 
procentpunt naar 44,7%.
Verstoorde monitoring door stop aanlevering data
In eerdere versies van de Monitor werden gegevens weergegeven met betrekking 
tot decanen en directeuren van onderzoeks- en onderwijsinstituten. Deze 
gegevens zijn niet meer beschikbaar voor de Monitor omdat enkele universiteiten 
in verband met mogelijke herleidbaarheid naar personen hebben besloten deze 
gegevens niet meer standaard mee te leveren in de WOPI-data. Hierdoor kan het 
LNVH niet meer monitoren op functiegroepen die tot op heden worden gedomineerd 
door mannen en van grote invloed zijn op het doorstroombeleid van de 
universiteiten.

Tot slot
Het LNVH is verheugd met het feit dat er zo'n relatief grote groei te zien is 
in de percentages vrouwelijke hoogleraren en met de toenemende aandacht voor de 
positie van vrouwen in de wetenschap. Het vraagt echter met klem aandacht voor 
de doorstroom van vrouwen van UD naar UHD-posities en het sturen op het behoud 
van vrouwen en dus het tegengaan van de uitstroom. Daarvoor is een 
cultuurverandering nodig, gestoeld op inclusie, een veilige werkomgeving en met 
ruimte voor ieders talent, en dat vraagt meer dan alleen sturing op aantallen.
Minister Van Engelshoven (OCW) laat in reactie weten: 'Ik ben blij om te zien 
dat het percentage vrouwelijke hoogleraren opnieuw is gestegen, van 20,9% in 
2017 naar 23,1% in 2018. Het is nu zaak om deze groei vast te houden en waar 
mogelijk nog verder te versterken. Tegelijkertijd moeten we aandacht houden 
voor de doorstroom in alle lagen van de wetenschap. Ik hoop dat we met het 
nationale actieplan voor meer diversiteit in de wetenschap, in 2020, 
gezamenlijk volgende stappen gaan zetten om versnelling te realiseren.'
________________________________
Noot voor de redactie:
- Bijlage: LNVH Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2019
- Bekijk de Monitor hier online<https://www.lnvh.nl/monitor2019/>
Voor verdere informatie en/of interviewvragen kunt u contact opnemen met drs. 
Lidwien Poorthuis, Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren, 06-15207225 - 
poorthuis@xxxxxxx<mailto:poorthuis@xxxxxxx>

________________________________

Attachment: LNVH - Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2019.pdf
Description: LNVH - Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2019.pdf

Other related posts:

  • » [PWC-MEDIA] PERSBERICHT - LNVH MONITOR VROUWELIJKE HOOGLERAREN 2019: STIJGING PERCENTAGE VROUWELIJKE HOOGLERAREN NOOIT EERDER ZO HOOG, PERCENTAGE VROUWELIJKE UHD'S DAALT. - Poorthuis, L. [Lidwien]