[PWC-MEDIA] Persbericht NWO: Schimmelkennis brengt risico’s gentech-gewassen in kaart

  • From: "NWO_NIEUWS" <NWO_Nieuws@xxxxxx>
  • To: "NWO_NIEUWS" <NWO_Nieuws@xxxxxx>
  • Date: Tue, 7 Feb 2012 11:47:10 +0100

 

Dit bericht staat met afbeeldingen online op: 
http://www.nwo.nl/nwohome.nsf/pages/NWOP_8R9D4A 

 

7 februari 2012 

 

Schimmelkennis brengt risico’s gentech-gewassen in kaart

 

Voor een goede plantengroei zijn plantenschimmels onontbeerlijk. 
NWO-onderzoeker Erik Verbruggen van de Vrije Universiteit Amsterdam ontdekte 
dat fosfaat en grasklaver effect hebben op de diversiteit en variatie in 
soortensamenstelling van die schimmels. Zijn onderzoeksresultaten zijn 
bruikbaar om mogelijke risico’s van genetisch gemodificeerde gewassen voor de 
natuurlijke schimmelgroei in kaart te brengen. 

 

Tachtig procent van alle planten op aarde leeft samen met mycorrhiza-schimmels. 
Deze schimmels groeien vanuit de wortels de bodem in, en helpen de plant met 
het opnemen van voedingsstoffen. De planten groeien hierdoor over het algemeen 
beter. Andersom profiteert de schimmel ook van de plant. Deze voorziet hem van 
suikers – het product van bovengrondse fotosynthese – die vanuit de plant naar 
de wortels stromen. 

 

Bioloog Erik Verbruggen ging op zoek naar factoren in landbouwvelden die 
invloed hebben op de schimmelsamenstelling. Doel was om in kaart te brengen 
wanneer er sprake is van verstoring van de natuurlijke variatie. De uitkomst 
zou bruikbaar moeten zijn bij het testen van mogelijke effecten van genetisch 
gemodificeerde gewassen op de schimmeldiversiteit en hiermee op de natuurlijke 
plantengroei. 

 

Grote natuurlijke variatie

Allereerst legde Verbruggen de soortenrijkdom van mycorrhiza-schimmels onder 
verschillende omstandigheden vast. ‘Pas als je de natuurlijke variatie kent, 
kun je uitspraken doen over wat hiervan afwijkt’, legt hij uit. Onderzoek naar 
de diversiteit in plantenschimmels is in Nederland nog niet eerder zo 
grootschalig aangepakt. Verbruggen bestudeerde 23 biologische velden en 
evenveel gangbare velden met maïs of aardappelen, twee veel voorkomende 
gewassen in Nederland. In totaal kwam hij zo’n veertig schimmelsoorten tegen. 
De diversiteit lag in de biologische landbouw vijftig procent hoger dan bij de 
gangbare landbouw. ‘Dat klopt met eerdere studies’, zegt Verbruggen. ‘Maar in 
beide typen landbouwvelden kwam ik twee tot twaalf schimmelsoorten tegen. Dit 
betekent dat de natuurlijke variatie behoorlijk groot is.’ 

 

Fosfaat en grasklaver

Verbruggen onderzocht daarna welke factoren de schimmeldiversiteit bepalen. 
Fosfaat en vruchtwisseling kwamen als belangrijkste uit de bus. Hoe minder 
fosfaat in de bodem, hoe hoger de diversiteit. En ook het na elkaar telen van 
verschillende gewassen zorgt voor een grote variatie aan schimmels, met 
grasklaver als belangrijke stimulans voor de schimmelrijkdom. Verbruggen 
ontdekte dat gangbare landbouwvelden met een laag fosfaatgehalte en regelmatige 
verbouw van grasklaver toch een hoge diversiteit aan schimmels kunnen hebben. 
Dezelfde factoren zorgden er in beide landbouwvormen voor dat de ene 
schimmelsoort de andere niet ging overheersen, wat een teken zou zijn voor 
verstoring van het natuurlijk evenwicht. 

 

Transgene mais

Deze studie biedt aanknopingspunten om mogelijke effecten van genetisch 
gemodificeerde gewassen op bodemschimmels te testen. Zelf deed Verbruggen een 
test met transgene maïs. Deze maïs had geen sterk verstorend effect op de 
soortensamenstelling van schimmels. In de toekomst kunnen dankzij meer 
schimmelkennis nieuwe gewasvarianten getest worden. Gentech-gewassen worden in 
Nederland niet voor commerciële doeleinden verbouwd, maar er zijn wel 
proefvelden en laboratoria die zich met de ontwikkeling van dergelijke gewassen 
bezighouden. 

 

Verbruggen promoveert op donderdag 9 februari op zijn studie naar 
plantenschimmels, die hij uitvoerde in het kader van het onderzoeksprogramma 
Ecology Regarding Genetically modified Organisms (ERGO). Dit programma wil de 
ecologische kennis aanvullen die nodig is om te bekijken of de te verwachten 
ecologische invloed van genetisch gemodificeerde gewassen maatschappelijk 
aanvaardbaar is of niet. De vraag naar deze kennis komt voort uit het feit dat 
vóórdat een genetisch gemodificeerd gewas in Europa geteeld of verwerkt mag 
worden, een uitgebreide toelatingsprocedure moet worden doorlopen. Het 
onderzoeksprogramma wordt gefinancierd met FES-gelden. NWO-gebied Aard- en 
Levenswetenschappen heeft het programma opgezet en is verantwoordelijk voor de 
uitvoering ervan. 

 

Over NWO

De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) is met een 
budget van ruim 500 miljoen euro per jaar een van de grootste 
wetenschapsfinanciers in Nederland. NWO stimuleert kwaliteit en vernieuwing in 
de wetenschap door het beste onderzoek te selecteren en te financieren. NWO 
beheert onderzoeksinstituten van (inter)nationaal belang, geeft mede richting 
aan het wetenschappelijk onderzoek in Nederland en brengt wetenschap en 
maatschappij dichter bij elkaar. Onderzoeksvoorstellen worden beoordeeld en 
geselecteerd door vooraanstaande wetenschappers uit binnen- en buitenland. 
Dankzij financiering van NWO kunnen meer dan vijfduizend wetenschappers 
onderzoek doen. 

 

---

 

Meer informatie: 

 

- NWO, afdeling Voorlichting en Communicatie 

- t.: +31 (0)70 344 07 41, voorlichting@xxxxxx  

 

12-09

 

---

 

Perslijst: aanmelden 
<http://www.nwo.nl/interact.nsf/pages/NWOA_78BDC3?OpenDocument>  | afmelden 
<http://www.nwo.nl/interact.nsf/pages/NWOA_78BDC3?opendocument&subfrm=Cancel> 
Adreswijzigingen doorgeven via: nwo_nieuws@xxxxxx <mailto:nwo_nieuws@xxxxxx>    
 

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO)  
Afdeling Voorlichting en Communicatie  
Postbus 93138 
2509 AC Den Haag

Persvoorlichters: nwo_nieuws@xxxxxx <mailto:nwo_nieuws@xxxxxx>  
t.: +31 (0)70 344 07 29 (ook buiten kantooruren bereikbaar)

        

 

 

JPEG image

Other related posts:

  • » [PWC-MEDIA] Persbericht NWO: Schimmelkennis brengt risico’s gentech-gewassen in kaart - NWO_NIEUWS