Persbericht
17 maart 2017
Er bestaat in een groot aantal landen een kloof tussen
eerste-generatiemigranten en mensen zonder migratieachtergrond als het
gaat om taal- en rekenvaardigheden. Dat concluderen Dr. Mark Levels van
het Research Centrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de
Universiteit Maastricht, professor Christopher Jencks van Harvard
University en de verleden jaar overleden professor Dr. Jaap Dronkers van
de Universiteit Maastricht in een artikel dat gisteren verscheen in het
gezaghebbende tijdschrift PLOS ONE. Voor hun onderzoek analyseerden ze
resultaten van vaardigheidstoetsen op het gebied van reken- en
taalvaardigheid van bijna 86.000 volwassenen in zeventien Westerse
landen. Daaruit bleek dat mensen zonder migratieachtergrond over het
algemeen iets beter presteerden dan eerste-generatiemigranten. Deze
kloof is niet in alle landen even groot. Een belangrijk deel van de
kloof kan worden verklaard door verschillen in het gemiddelde
opleidingsniveau, leeftijd, en sociaal-demografische kenmerken. Maar het
onderzoek laat ook zien dat drie kenmerken van bestemmingslanden
bijdragen aan het verklaren van de grootte van de kloof: de mate van
flexibiliteit van de arbeidsmarkt, de mate waarin het onderwijssysteem
is toegerust voor het omgaan met de specifieke uitdagingen waar
migrantenkinderen voor staan, en de etnische diversiteit van een
samenleving.
Kloof
Het onderzoek lijkt een voor de hand liggend resultaat te presenteren,
maar dat is niet het geval, zegt Mark Levels: “Er is nooit goed
onderzocht of er wel echt een kloof is, hoe groot die is en hoe die
verschilt tussen landen. Natuurlijk is het zo dat er verschil is tussen
deze twee groepen. Mensen uit het bestemmingsland hebben een voordeel in
de maatschappij. Als jij brood wil afrekenen, helpt het als je de taal
spreekt. Als jij wilt participeren op de arbeidsmarkt, helpt het als je
de taal spreekt. Precies het feit dat migranten daar minder goed in
zijn, maakt het zo interessant deze kloof te bestuderen. Het is van
belang vast te stellen hoe de grootte van de kloof verschilt tussen
landen, omdat het je kan leren wat bestemmingslanden zelf aan de grootte
van de kloof kunnen doen.”
Relatief
De onderzoekers benadrukken dat de resultaten relatief moeten worden
bekeken. In landen waar de kloof groot is, betekent dit niet per se dat
migranten daar slecht presteren. Het kan heel goed betekenen dat de
natives het ontzettend goed doen in de toetsen en dat de migranten het
ook beter doen dan in andere landen. Een goed voorbeeld daarvan is
Zweden, waar de kloof relatief groot is, niet omdat migranten zo slecht
presteren maar omdat de natives zoveel beter presteren dan in andere
landen. Ook in Nederland doen migranten het over het algemeen vrij goed,
maar niet-migranten ook. Dat resulteert in een kloof. Overigens bestaat
de kloof niet in alle landen. In Canada, bijvoorbeeld, is er geen sprake
van een kloof. Daar presteren de migranten zelfs nét iets beter dan de
natives. Dat is te verklaren uit het feit dat Canada heel hoog opgeleide
migranten trekt.
Invloed
De samenstelling van de migrantenpopulatie op zaken als opleidingsniveau
en leeftijd is dus van belang. Dat blijkt ook uit dit onderzoek. Maar
het onderzoek laat ook zien dat drie andere elementen een rol spelen bij
het verklaren van de kloof. In een beschermde arbeidsmarkt, dus met
grote bescherming van de werknemer, is de vaardigheidskloof tussen
migranten en niet-migranten groter. Het lijkt erop dat migranten in
beschermde arbeidsmarkten minder snel werk vinden en dus niet in de
gelegenheid zijn hun vaardigheden in het dagelijks leven toe te passen
en daardoor op peil te houden. Een tweede bevinding gaat over de rol van
het onderwijssysteem: in landen waar het onderwijs goed in staat is om
te gaan met de specifieke uitdagingen waar migrantenkinderen voor staan,
is de kloof kleiner. Een derde opmerkelijke bevinding is dat etnische
diversiteit niet slecht is voor de integratie van migranten. Integendeel
zelfs: hoe etnisch diverser een land is, des te kleiner is de kloof op
het gebied van reken- en taalvaardigheid. Dat is in lijn met de
theoretische verwachting dat door meer etnische diversiteit een grotere
mate van contact bestaat tussen mensen met een verschillende
achtergrond. Dat lijkt bevorderlijk voor de integratie, zowel op de
arbeidsmarkt als in de samenleving.
Lering
Kunnen we hier lering uit trekken voor beleid? Mark Levels: “Of je die
kloof wilt verkleinen, is een politieke vraag, daar gaan wij niet over.
Wij hebben alleen maar onderzocht hoe groot die kloof in verschillende
landen is, en of instituties ertoe doen. Uit de bevinding dat het
grootste deel van de kloof wordt verklaard door individuele
achtergrondkenmerken als opleidingsniveau, leeftijd, herkomst, en
demografische kenmerken zou je kunnen concluderen dat je voor een kleine
kloof vooral hoogopgeleide mensen moet binnenhalen. Selectie aan de
grens dus. Sommige landen doen dat ook. Wil je echter iets doen voor de
mensen die hier al zijn, dan zou het goed kunnen zijn het onderwijs aan
te passen. De arbeidsmarkt flexibeler maken zou ook kunnen helpen. Maar
we moeten voorzichtig formuleren. Voordat hierover beleid gemaakt kan
worden, moet er eerst onderzoek worden gedaan naar de causale invloed
van instituties op deze kloof. Onze bevindingen zijn robuust en
gebaseerd op getoetste sociologische en economische theorieën. Maar meer
onderzoek is nodig en misschien zelfs urgent, gezien de rol die migratie
inneemt in politieke debatten over onze samenleving.”
Lees hier [1] het volledige artikel op PLOS ONE.
Noot voor de pers:
Voor meer informatie over de inhoud van dit persbericht kunt u terecht
bij Margot Krijnen, persvoorlichter UM, tel. 043 388 52 30, e-mail
Margot.Krijnen@xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx. [2]
De afdeling Marketing and Communications van de UM is bereikbaar via
e-mail pers@xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx [3]. Voor urgente zaken buiten
kantooruren: 06 36 43 34 88. De persberichten van de Universiteit
Maastricht staan op www.maastrichtuniversity.nl/pers [4]. Zie ook het
Webmagazine [5] voor interessant onderzoek aan de UM en volg ons op
Twitter: @MaastrichtU [6].
[1]
http://mailing.maastrichtuniversity.nl/public//r/APBB7GXVoufdVUDWWtkPYA/1LPKjIYbSvu6LiXOn32mlA/Lp6R1B5+diLpphX2TIMN4Q
[2] mailto:xx@xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
[3] mailto:pers@xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
[4]
http://mailing.maastrichtuniversity.nl/public//r/+E+lI5zFBVIsO6jeEffYnw/1LPKjIYbSvu6LiXOn32mlA/Lp6R1B5+diLpphX2TIMN4Q
[5]
http://mailing.maastrichtuniversity.nl/public//r/04q3_mbq1Cr9lC+Iv_7VVQ/1LPKjIYbSvu6LiXOn32mlA/Lp6R1B5+diLpphX2TIMN4Q
[6]
http://mailing.maastrichtuniversity.nl/public//r/gMTFYreSWstf1ddV5J5kTw/1LPKjIYbSvu6LiXOn32mlA/Lp6R1B5+diLpphX2TIMN4Q
Deze e-mail bevat inhoud die niet in zijn geheel getoond kan worden. Via
onderstaande link kan het volledige bericht in een browser worden geopend.
Bekijk de nieuwsbrief online:
http://mailing.maastrichtuniversity.nl/public//r/slGhs6EHk7ZdSBxy6SW4Cw/1LPKjIYbSvu6LiXOn32mlA/Lp6R1B5+diLpphX2TIMN4Q
Met vriendelijke groet,
Maastricht University
P.O. Box 616 | 6200 MD Maastricht | The Netherlands