Dit bericht staat online op: http://www.nwo.nl/nwohome.nsf/pages/NWOP_8YQBPY 3 oktober 2012 Woordkennis slechter bij doof dan horend kind naarmate woorden moeilijker zijn Een doof of slechthorend kind kent over het algemeen minder woorden dan een kind dat goed kan horen. NWO-onderzoeker Karien Coppens ontdekte dat de achterstand in woordenschat het grootst is bij moeilijke woorden waarbij een diep begrip van de betekenis nodig is. Een beperkte woordenschat is de belangrijkste oorzaak voor problemen met begrijpend lezen. Op basis van de onderzoeksresultaten is een digitale woordenschattoets ontwikkeld die in het speciaal basisonderwijs gebruikt zal worden. Coppens promoveert op 5 oktober aan de Radboud Universiteit. Communicatie- en informatiewetenschapper Karien Coppens volgde 140 dove en zwaar slechthorende leerlingen ÃÃn tot vier jaar lang in de ontwikkeling van hun woordenschat. De kinderen waren in de leeftijd van 8 tot 13 jaar aan het begin van het onderzoek. Bij elk meetmoment kregen de kinderen twee opdrachten voorgeschoteld die de mate van woordherkenning en diepere woordkennis maten. De uitkomst vergeleek Coppens met die van 819 horende basisschoolkinderen. De onderzoekster stelde vast dat zowel de grootte, diepte, als de groei van de woordenschat bij auditief beperkte kinderen kleiner is dan bij horende kinderen. De achterstand is het grootst bij moeilijke woorden. Wat moeilijke en makkelijke woorden waren, stelde Coppens vast door veelvoorkomende woorden uit de Cito Eindtoets Basisonderwijs statistisch te analyseren. Ze deelde deze woorden op in zeven groepen van oplopende moeilijkheidsgraad. De woordgroepen verschilden onder meer van elkaar op aantal letters, leeftijd waarop het kind het woord leert, voorstelbaarheid bij de betekenis en gebruiksfrequentie. Bij de moeilijke woordgroepen presteerden auditief beperkte kinderen tijdens de opdrachten het minst goed in vergelijking met horende kinderen. âOver het algemeen ontwikkelen dove kinderen een kleinere basiswoordenschat, omdat ze minder woorden indirect in hun omgeving opvangen, in vergelijking met horende kinderen,â geeft Coppens als mogelijke verklaring. âMakkelijke woorden heb je nodig om de betekenis van moeilijkere woorden uit te leggen en dus te begrijpen. Op die manier beperkt een kleinere basiswoordenschat de dove kinderen in het leren van moeilijkere woorden.â Onderlinge verschillen Auditief beperkte kinderen verschillen overigens ook onderling sterk in hun leeswoordenschat. âKinderen met bijvoorbeeld een gehoorapparaat of implantaat, een hoog intelligentieniveau, die met hun ouders via spraak communiceren, die regulier onderwijs volgen of waarbij op latere leeftijd gehoorverlies is ontstaan, zijn hierbij in het voordeelâ, somt Coppens op. Opmerkelijk is dat de prestatieverschillen tussen auditief beperkte kinderen over de tijd gelijk blijven. Nu een relatief grote woordenschat, betekent ook op latere leeftijd een relatief grote woordenschat. Voor kinderen met een relatief kleine woordenschat geldt hetzelfde. Woordenschattoets Dankzij een Meerwaarde-subsidie van NWO kunnen de wetenschappelijke inzichten van Coppens in de praktijk gebracht worden. âWe hebben een woordenschattoets van 10 minuten ontwikkeld, die docenten digitaal bij leerlingen kunnen afnemenâ, licht Coppens toe. Zo wordt de ontwikkeling van de leerling in kaart gebracht en de verwachte groei voorspeld. âDeze toets geeft bijvoorbeeld inzicht of een auditief beperkte leerling een voldoende woordenschatniveau heeft om door te stromen naar het regulier onderwijsâ, voorziet Coppens. De toets, genaamd Woord voor Woord, bestaat uit negen niveaus. Elke keer als de toets afgenomen wordt, past de moeilijkheidsgraad zich automatisch aan op grond van de eerder behaalde resultaten van het kind. Naar verwachting zullen scholen voor kinderen met een auditieve beperking vanaf volgend jaar gebruik kunnen maken van Woord voor Woord. Over NWO De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) is met een budget van ruim 500 miljoen euro per jaar een van de grootste wetenschapsfinanciers in Nederland. NWO stimuleert kwaliteit en vernieuwing in de wetenschap door het beste onderzoek te selecteren en financieren. NWO beheert onderzoeksinstituten van (inter)nationaal belang, geeft mede richting aan het wetenschappelijk onderzoek in Nederland en brengt wetenschap en maatschappij dichter bij elkaar. Onderzoeksvoorstellen worden beoordeeld en geselecteerd door vooraanstaande wetenschappers uit binnen- en buitenland. Dankzij financiering van NWO kunnen meer dan vijfduizend wetenschappers onderzoek doen. --- Meer informatie: - NWO, afdeling Voorlichting en Communicatie - t.: +31 (0)70 344 07 41, voorlichting@xxxxxx 12-60 --- Perslijst: aanmelden <http://www.nwo.nl/interact.nsf/pages/NWOA_78BDC3?OpenDocument> | afmelden <http://www.nwo.nl/interact.nsf/pages/NWOA_78BDC3?opendocument&subfrm=Cancel> Adreswijzigingen doorgeven via: nwo_nieuws@xxxxxx <mailto:nwo_nieuws@xxxxxx> Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) Afdeling Voorlichting en Communicatie Postbus 93138 2509 AC Den Haag Persvoorlichters: nwo_nieuws@xxxxxx <mailto:nwo_nieuws@xxxxxx> t.: +31 (0)70 344 07 29 (ook buiten kantooruren bereikbaar)