[PWC-MEDIA] Persbericht: Hoe overwinteren onze veldleeuweriken? - Bescherming ook 's winters noodzakelijk

  • From: "Communicatie RUG" <communicatie@xxxxxx>
  • To: "Communicatie RUG" <f100209@xxxxxx>
  • Date: Tue, 9 Nov 2010 17:08:12 +0100



Persbericht
Rijksuniversiteit Groningen / nummer 170 / 9 november 2010 

Bescherming ook 's winters noodzakelijk
Hoe overwinteren onze veldleeuweriken?

Vrolijk gezang, hoog in de lucht. De veldleeuwerik hoort onlosmakelijk bij de 
zomer, maar in Nederland is het aantal broedparen sinds begin jaren zeventig 
met bijna 95% afgenomen. Over de overwintering van de veldleeuwerik was tot 
voor kort zeer weinig bekend. Toch liggen ook daar kansen voor bescherming. Dit 
blijkt uit onderzoek dat Arne Hegemann en collega's van de Rijksuniversiteit 
Groningen uitvoerden in samenwerking met het Vogeltrekstation en dat onlangs 
werd gepubliceerd.

Vogels van het boerenland gaan hard achteruit. De afgelopen decennia zijn in 
West-Europa de aantallen met 50% afgenomen. Topduikelaar in Nederland is de 
veldleeuwerik (Alauda arvensis). Sinds begin jaren zeventig is deze soort met 
bijna 95% afgenomen, van 700.000 broedparen toen naar 38.000 nu. 

Jaarrond beschermen
De achteruitgang van boerenlandvogels werd tot nu toe vooral geweten aan 
veranderde omstandigheden tijdens het broedseizoen: vernietiging van nesten 
door agrarische activiteiten, minder voedsel voor de jongen enzovoort. Of en 
hoe de wintersituatie ook bijdraagt aan de aantalsafname was niet duidelijk. 
Sterker nog, we weten zelfs erg weinig over waar onze veldleeuweriken in de 
winter verblijven. Terwijl die kennis essentieel is om vogels jaarrond te 
kunnen beschermen. 

Twee strategieën
Blijven Nederlandse veldleeuweriken in de winter in het broedgebied of trekken 
ze naar het zuiden? Beide is het geval, concludeerde Arne Hegemann van de RUG 
onlangs in een publicatie in het ornithologisch vaktijdschrift Ardea. Onze 
veldleeuweriken blijken er twee verschillende overwinteringsstrategieën op na 
houden: Een deel van hen trekt weg, naar zuidwest Europa, en een ander deel 
blijft in de buurt van het broedgebied hangen. In de winter krijgen de 
Nederlandse standvogels bovendien gezelschap van leeuweriken uit het noorden en 
oosten van Europa.

Bescherming
Voor de bescherming en instandhouding van de Nederlandse broedpopulatie is het 
belangrijk dat veldleeuweriken goed de winter door komen. Door veranderde 
landbouwmethoden is het voedselaanbod voor akkervogels in de winter echter in 
de loop der jaren gereduceerd. Dit onderzoek benadrukt dat 
beschermingsmaatregelen ook gericht moeten zijn op de wintersituatie, in zowel 
de overwinteringsgebieden in zuidwest Europa als in Nederland.

Zendertjes
Voor deze studie hebben Hegemann en zijn mede-onderzoekers van de RUG in 
samenwerking met het Vogeltrekstation een analyse gemaakt van de ringgegevens 
van meer dan 88.000 veldleeuweriken die sinds 1911 zijn verzameld door het 
Vogeltrekstation. Daarnaast bestudeerden de Groningse biologen in de winters 
van 2007-2008 en 2008-2009 het trekgedrag van 27 veldleeuweriken van het 
Aekingerzand (Nationaal Park Drents Friese Wold). Zij rustten de leeuweriken in 
de nazomer uit met zendertjes en volgden de vogels de hele winter met een 
ontvanger.

Trekken of blijven, waarom?
De ontdekking dat binnen een broedpopulatie zowel standvogels als trekvogels 
samenleven, levert nieuwe mogelijkheden om een aloude wetenschappelijke puzzel 
op te lossen: Waarom trekken sommige vogels in de winter naar het zuiden en 
andere niet? Ofwel: Welke strategie levert onder welke omstandigheden de meeste 
nakomelingen op? De gemengde populatie van veldleeuweriken biedt voor de 
toekomst de gelegenheid om de voor- en nadelen van wegtrekken of blijven te 
onderzoeken. 

Uitvoering en financiering
Het onderzoek werd geleid door promovendus Arne Hegemann, uit de groep van 
prof.dr. Irene Tieleman bij Dierecologie van het Center for Ecological and 
Evolutionary Studies, Rijksuniversiteit Groningen. Het werd mede-gefinancierd 
door Vogelbescherming Nederland en met beurzen van het 
Schure-Beijerinck-Popping Fonds, de Dr. J.L. Dobberke Stichting en het Deutsche 
Ornithologen-Gesellschaft.

Noot voor de redactie
- Bron: Hegemann A., H.P. van der Jeugd, M. de Graaf, L.L. Oostebrink en B.I 
Tieleman (2010) Are Dutch Skylarks partial migrants? Ring recovery data and 
radio-telemetry suggest local coexistence of contrasting migration strategies. 
Ardea 98: 135-143, www.ardeajournal.nl 
- Meer informatie: drs. Arne Hegemann (spreekt Nederlands), Dierecologie, 
Center for Ecological and Evolutionary Studies, RUG, e-mail A.Hegemann@xxxxxx, 
tel. 050-363 3409
- Zie ook: www.rug.nl/biologie/onderzoek/onderzoekGroepen/eep/research
________________________________________
Redactie
Afdeling Communicatie / Postbus 72, 9700 AB Groningen / 050-363 44 44 / 
communicatie@xxxxxx / www.rug.nl

Afmelden Persberichten
E-mail: communicatie@xxxxxx 

Rijksuniversiteit Groningen
De Rijksuniversiteit Groningen behoort tot de top van de Europese 
research-universiteiten en is internationaal georiënteerd. De universiteit is 
maatschappelijk actief en voelt zich betrokken bij haar omgeving. Talent, 
ambitie en prestatie van de 27.000 studenten en 5.500 medewerkers worden waar 
mogelijk gehonoreerd. 

GIF image

Other related posts:

  • » [PWC-MEDIA] Persbericht: Hoe overwinteren onze veldleeuweriken? - Bescherming ook 's winters noodzakelijk - Communicatie RUG