[SJABBAT SJALOM] parasjat Sjemot

  • From: "Avraham Roos" <avrahamroos@xxxxxxxxxxxx>
  • To: <parasjathasjawoea@xxxxxxxxxxxxx>
  • Date: Thu, 11 Jan 2007 07:26:21 +0200

Sjabbat Sjemot – Sjabbat Mewarchiem

13/1/2007  23 Tewet 5767

 

Jesjajahoe, Jirmijahoe of Jechezkel? Wat zal het deze sjabbat worden?

 

Het boek Sjemot en dus ook parasjat Sjemot opent met de namen van de 
familieleden van Ja’acov (70 in totaal) die naar Egypte trekken. In dit boek 
lezen we hoe er na de dood van Joseef een nieuwe koning opstaat die zich tegen 
de Joden keert en hen tot slaven maakt. Parasjat Sjemot staat bol van 
verschillende onderwerpen waaronder de slavernij en de geboorte van Mosje, 
welke zich met de nodige aanmoedigingen van G-d, ontpopt tot de leider van het 
Joodse Volk.

 

Het feit dat er in deze parasja zoveel verschillende invalshoeken heeft moet 
problematisch zijn geweest voor de vaststellers van de haftara voor deze week. 
De haftara (gedeelte uit de profeten) die iedere week gelezen wordt sluit 
immers meestal nauw aan aan het onderwerp van de parasja. Maar welk onderwerp 
kies je als er zo veel zijn?

 

En inderdaad, er bestaan daardoor drie verschillende tradities voor de haftara 
van parasjat Sjemot. Volgens de Asjkenazische (Hoogduitse) traditie komt de 
haftara uit de geschriften van de profeet Jesjajahoe/Isaya (27: 6-13, 28:1-13, 
29: 22-23) waar hij spreekt over de ballingschap van het Joodse Volk en haar 
verlossing. De profeet begint met de boodschap dat in de toekomst het Joodse 
Volk een groot volk zal zijn als de verlossing komt zoals dit ook was met het 
volk dat uit Egypte trok.

 

Volgens de Sefardische traditie komt de haftara uit de profeet 
Jirmijahoe/Jeremias (1:1 - 2:3), welke ook de haftara is voor parasjat Mattot. 
Deze haftara begint met algemene informatie betreffende Jirmijahoe en de tijd 
waarin hij leefde waarna het visioen van het tot profeet worden van Jirmijahoe 
aan bod komt. G-d verkondigt aan Jirmijahoe dat hij al voor zijn geboorte 
bestemd was om profeet te worden. Jirmijahoe voelt zich in eerste instantie nog 
te jong om profeet te zijn maar G-d laat hem er niet onderuit komen en belooft 
te helpen. Iets dergelijks zien we in deze parasja ook bij Mosje. Volgens deze 
Sefardische traditie eindigt de haftara met de eerste drie zinnen van hoofdstuk 
2 waarin het Joodse Volk beschreven wordt in een situatie van voor de 
verlossing zoals ook in de parasja het geval is.

 

Ten slotte is er ook nog de Jeminitische traditie welke voor de haftara uit 
Jechezkel/Ezechiel leest (16:1 – 14). Hierin lezen we over het tot stand 
komen van de bewoners van Jeroesjalajim die de G-d die hen als volk gekozen 
heeft niet trouw blijven. In de parasja lezen we hoe het Joodse Volk tot stand 
komt onder het juk van de Egyptische onderdrukking en G-d om hulp vragen. Het 
moet opgemerkt worden dat volgens Rabbi Eliezer ben Hoerkenos (die ook wel 
Rabbi Eliezer de Grote genoemd wordt en een Misjna geleerde was uit de tweede 
eeuw) men dit stuk NIET als haftara mag gebruiken daar het gaat over de 
verschrikkingen van Jeroesjalajim [Misjna Megilla, 4:10]. Maar daar tegenover 
staat dat in de gemara deze haftara WEL als optie genoemd wordt [Megilla 25b]. 
Rambam/Maimonides stelt dat de halacha/wet niet volgens Rabbi Eliezer is. Hij 
noemt deze haftara als de geschikte voor parasjat Sjemot.

 

Alle drie de haftarot hebben met elkaar gemeen dat ze gaan over het ontstaan 
van het volk, de nakomelingen van Ja’acov wiens familie in deze parasja naar 
Egypte trekt. In de haftarot heeft het volk het moeilijk zoals het zeer 
moeilijk was voor het volk in de slavernij van Egypte. Maar alle drie de 
haftarot zoals ook de parasja geven hoop op spoedige en volledige verlossing. 
En DAT is zeker een welkome belofte in de moeilijke tijden waarin we ook 
vandaag de dag leven met nog altijd soldaten in vijandige handen en steeds 
grotere nucleaire bedreigingen voor Israël. Moge de profetieën en beloftes 
van G-d snel uitkomen.

 

Sjabbat Sjalom,

 

Avraham Roos

 

Other related posts: