Sjabbat Parasjat Choekat
Rosj Chodesj Tammoez
1/7/11 30 Sjewat 5771
Vandaag hebben we onze auto verkocht. Dat werd wel tijd want we zijn nodig aan een nieuwe toe. Maar het is wel moeilijk om een auto te kopen. Vooral als je een tweedehands auto koopt. Je weet nooit wat voor kat je in de zak koopt. Een auto kan er van buiten prima verzorgd uit zien, maar het blijft een gok hoe de auto zich mechanisch zal gedragen. Zelfs als je de auto naar een garage neemt om hem te laten nakijken vind je niet altijd alle gebrekken.
In deze parasja lezen we over vele reinheidswetten. Ten tijde van de Tempel
was er bijvoorbeeld een manier waarop men zich kon reinigen van de
onreinheid opgedaan door ‘Toemat Hamet’ in de nabijheid zijn van het lichaam
van een dode. Dit gebeurde met behulp van een rode koe. Daar we in onze
tijd geen rode koe hebben die aan alle voorschriften voldoet (volledig
rood, minstens drie jaar oud, nooit een juk gedragen) zijn we allen in een
staat van onreinheid die Toemat Hamet heet.
Tijdens het beschrijven van de wetten van Toemat hamet spreekt de tora ook
zijdelings over wetten betreffende andere onreinheids vormen waarvan ik er
hier over een deze week wil hebben: de Toema van potten.
Er zijn twee soorten potten die onrein kunnen worden: Metalen potten en potten
van aardewerk. Metalen potten kunnen onrein worden door contact van
buitenaf met een onreine bron, potten van aardewerk kunnen echter alleen
onrein worden vanaf de binnenkant. Bij dergelijke potten is zelfs werkelijk
contact niet nodig. Zelfs als iets onreins in zo’n pot wordt gehouden
zonder de randen aan te raken wordt zo’n pot al onrein.
De Rabbi van Kotzk legt hierover het volgende uit: Metaal zelf is kostbaar
materiaal. Daarom wordt het onrein zo gauw het in contact komt – zelfs aan
de buitenkant- met iets onreins. Bij aardewerk aan de andere kant, heeft
het materiaal waarmee de pot gemaakt is, haast geen waarde. De hele waarde
van de pot ligt hem in het DOEL van die pot, wat er in kan worden gedaan.
Daarom wordt zo een pot onrein als de functie van die pot aangevallen
wordt, vanuit het midden van de pot.
De Kotzker Rebbe vergelijkt die aardewerken pot met de mens. De waarde van
de mens ligt niet in de materialen, de mineralen en andere elementen waaruit
de mens is opgebouwd. De waarde daarvan is nihil. De ware waarde van de
mens ligt in wat er in zit.
Maar al te vaak en gemakkelijk raken we verward en denken we dat het uiterlijk
van de mens het belangrijkst is. Hoe iemand zich kleedt, welke auto hij
rijdt, etc. Maar de waarde van een mens is dat als van een pot van
aardewerk – we meten het aan wat er in zit. Zoals dat wat we in een pot
stoppen onrein kan zijn en onrein kan maken, zo ook kunnen onze
gedachten en verlangens onrein zijn en ons onrein maken. We moeten daarom
voorzichtig zijn met wat we in onze ‘potten’ stoppen en in die van onze
kinderen.
In deze moderne wereld met Internet ,algehele ‘openheid’ en geld als status
symbool blijkt de wijze les van de Kotzker Rebbe niet ouderwets maar juist
heel actueel. Maar die les neem ik ook mee bij het kopen van de auto. Niet te
veel kijken hoe hij er van buiten uitziet, dat is misschien belangrijk, maar
nog belangrijker is het grondig nakijken hoe hij er van binnen uitziet. Of er
geen mankementen zijn, geen problemen met de chassis, of de motor goed loopt en
de versnellingsbak het wel goed doet. Hopelijk vind ik snel iets.
Sjabbat Sjalom,
Avraham Roos